Mulchen: een voedzame beschermlaag rond je planten

Mulchen is het bedekken van de grond rond planten en struiken met een laag organisch materiaal. Het is een van de beste manieren om je tuinplanten te verwennen. Maar waarom doe je het, en vooral hoe, en wanneer?

Wat is mulchen precies?

Het woord ‘mulch’ komt – hoe kan het ook anders – uit tuinland-bij-uitstek Engeland. Bij het mulchen breng je een laag organisch materiaal aan rond de planten en struiken in je tuin. Dat organische materiaal kan zelfgemaakte bladcompost zijn, of gewone gekochte compost, grasmaaisel, fijngeknipt snoeiafval (niet weggooien dus!), houtsnippers en boomschors, cacaodoppen of stro.

En waarom doen we het?

Mulchen heeft een aantal grote voordelen. Het belangrijkste: het houdt vocht in de grond en gaat zo uitdroging en oververhitting van de grond tegen. Beter voor je planten, vooral omdat het steeds droger en warmer lijkt te worden, en het scheelt gieten. 
Nog een voordeel: de mulchlaag houdt onkruid tegen. De meeste onkruidsoorten kiemen dankzij licht, en dat komt niet door de mulch heen.
Het organische materiaal zal op den duur verteren. Het biedt zo voedsel aan allerlei bodemleven: wormen en andere bodembeestjes – en daar zijn vogels weer blij mee. Maar ook aan verschillende nuttige bacteriën en schimmels. Die zetten dat om in voeding voor je planten. Mulchen zorgt dus voor een gezonde bodem.
Tot slot komen je planten tegen een donkere ondergrond van de mulchlaag mooi uit – ook niet verkeerd!

Wanneer mulchen?

Het voorjaar is beste tijd voor het aanbrengen van een mulchlaag. Je planten krijgen zo een goede start van het groeiseizoen. In de herfst kan je een nieuwe laag aanbrengen, bijvoorbeeld van fijngeknipte afgevallen blaadjes. Deze beschermt je planten in de winter tegen vorst.

Hoe breng je de mulch aan?

Dat is heel eenvoudig. Strooi een laag van maximaal 5 cm dik rond je planten. Niet dikker, want dat kan de bodem juist verstikken. Laat liefst de aanzet van de stengels vrij. Je kunt alle tuinplanten mulchen, ook die in potten: vaste planten, rozen, bloeiende bollen… Maar vergeet ook een haag niet: vaak is de grond daaronder heel droog en voedselarm, dus die kan wel een extraatje gebruiken.

Waar moet je op letten?

Geef flink water vóór je de mulchlaag rond je planten strooit. De mulch moet immers het vocht in de grond houden. Of wacht tot het geregend heeft en de bodem goed nat is. Verwijder, met de hand of een schoffel, zoveel mogelijk onkruid voordat je de mulch aanbrengt. En gebruik je snoei- en ander tuinafval als mulch? Pas dan op dat er geen onkruid of onkruidzaden inzitten. 


Tips en inspiratie

Onze favorieten voor de tuin