Zelf zaaigrond maken + zaaikalender

april

Zaden verzamelen en daarna zaaien is bezig zijn met de toekomst. Het is voorpret en het voelt een beetje als dagdromen. In gedachte zie je al die lekkere groenten voor je. Meestal gaat zaaien in één keer goed maar wat voorbereiding kan geen kwaad. Je wilt tenslotte dat je zorgvuldig verzamelde zaden straks die lekker malse of knapperigere groenten gaan opleveren. Ik deel hier mijn tips voor een mooie oogst met je.

Zelf zaaigrond maken

Zaden die je in kweektrays of bakjes laat kiemen, doen het goed in zaaigrond. De structuur van die grond is los en luchtig waardoor de wortels van de plantjes de nodige ruimte hebben om te groeien. Bovendien beschadig je de zaailingen bij het verplanten niet zo snel omdat de grond beter uiteenvalt. De grond bevat ook minder voedingstoffen, waardoor de zaailingen trager groeien en het stevige plantjes worden in plaats van lange slungels. Je kunt zaaigrond in het tuincentrum kopen, maar net zo goed zelf maken. Meng ongeveer 4 delen potgrond met 1 deel zand. Kies zand met een grove korrel, zoals brekerszand.

Zaai je direct buiten, zorg dan dat de grond goed los en onkruidvrij is. Op rijtjes zaaien maakt het onkruid wieden overzichtelijk. Grote zaden duw je een stukje de grond in en kleine zaden bedek je met een dunne laag aarde. Lees op de verpakking van de zaden welke rij- en plantafstand je het beste kunt aanhouden. 

Zaaikalender

Zaden, zaailingen en planten hebben allemaal de juiste temperatuur nodig om te kiemen en te groeien. Gebruik een zaaikalender om te zien wanneer je aan de slag kunt. Op de verpakking van de zaden kun je lezen of je ze binnen, buiten onder glas of in volle grond kunt zaaien.

Van sommige gewassen wil je graag regelmatig kunnen oogsten. Je kunt het zaaien van kruiden, sla, radijsjes en boontjes dan spreiden. Dit kan bijvoorbeeld ook voor bloemkool of broccoli, je wilt liever niet in één week de hele oogst bloemkolen moeten verwerken. Groenten die je wat langer kunt bewaren of je die kunt laten staan, zoals kolen, wortel en pastinaak, hoef je niet te spreiden. Je oogst ze wanneer je ze wilt eten en de rest laat je staan. 

Water geven

Gebruik de eerste dagen na het zaaien een plantensproeier om water te geven. De zaden spoelen dan niet zo snel weg, en je geeft ook niet te veel water. Houd de grond tijdens het kiemen vochtig en bedek de bakjes met plasticfolie. Als de zaailingen zijn opgekomen, dan hoef je ze niet meer elke dag water te geven. Controleer de grond en geef water als het nodig is.

Zaaihulpjes

  • Een pootlint geeft overzicht en structuur aan je tuin omdat je in rechte rijtjes kunt zaaien. Zo kun je in een oogopslag het onkruid scheiden van je dierbare zaailingen.

  • Grote kweektrays zijn handig bij het doseren van de zaden en voor het verplanten. Verzamel verschillende soorten, groot en klein en maak het je makkelijk!

  • Met wat oude kranten en een houten stamper om zelf potjes te maken bespaar je geld.

  • Een vliesdoek is in de moestuin heel handig! Het beschermt de zaden en plantjes tegen kou en wind. De grond droogt minder snel uit, en insecten en dieren worden op afstand gehouden.

  • Met een pootstokje heb je zo je plantjes in de volle grond staan.

  • En als laatste is een zaaikalender een fijn hulpmiddeltje. Zo hoef je niet eerst alle zakjes te lezen maar zie je in één oogopslag welke groente je op dat moment kunt zaaien.