Franse dragon

Oorsprong
Dragon komt oorspronkelijk uit het zuiden van Europa. Franse dragon heeft de beste smaak maar is niet echt winterhard. Russische dragon is oorspronkelijk afkomstig uit Siberië en kan dus goed tegen de kou, maar heeft een minder verfijnde smaak.

Kweek
• Franse dragon is een niet volledig winterharde plant met lange, smalle, donkergroene blaadjes. Dragon wordt ca. 90 cm hoog.
• Plant Franse dragon op een warme droge plek in voedzame grond. Dragon doet het ook goed in een ruime pot met bemeste tuingrond. Geef voldoende water, liefst in de ochtend zodat de plant geen 'natte voeten' krijgt.
• Dragon bloeit in de zomer met onopvallende gele bloemetjes. Franse dragon vormt in ons klimaat zelden zaad. Verwijder de bloemen zodat de plant mooi vol blijft en steeds nieuw blad blijft vormen om te oogsten.
• In het voorjaar kan je dragon vermeerderen door een stuk van de wortelstokken te snijden en op te potten. In de zomer maak je stekken van de halfverhoute takjes.
• Bescherm Franse dragon in de winter door de plant af te dekken met stro, noppenfolie of een dikke laag compost.

 

Oogst
Pluk in de zomer het blad en de jonge takjes. Gebruik dragon vers of vries het blad in.

Culinair
Franse dragon heeft een iets peperige anijssmaak en is een van de lekkerste keukenkruiden. Het is bekend uit de (klassieke) Franse keuken en vormt samen met bieslook, kervel en peterselie de zgn. 'fines herbes'. Gebruik dragon in vinaigrette/sladressing, in kip- en visgerechten, sauzen – mayonaise bijvoorbeeld – en salades. Een takje dragon kan je ook gebruiken om wijnazijn mee te aromatiseren.